zaterdag 18 juni 2011

2011-6-18



In vroegere boeken over het kanaal van Bourgondië lees je dat vrijwel alle sluiswachters vrouwen zijn. In de 190 sluishuisjes wonen er nog een aantal en dat al generaties lang. Nadat de commerciële vaart in
1986 verdween varen er op het kanaal nu nog een aantal péniches rond, omgebouwd tot zeer luxueuze hotelboten voor maximaal 10 gasten, vaak met zwembad en een busje op de wal dat meerijdt voor de excursies. De prijs ? Voor 3000 tot 8000 dollar pp. word je een week lang in de watten gelegd. In het begin en aan het eind van het kanaal kom je huurboten tegen. Tenslotte zijn er de privéboten. Per dag gaan er in totaal nul tot vier boten door een sluis. Erg druk is het dus niet meer. De dames sluiswachters zijn bijna allemaal verdwenen. De leegstaande huisjes worden verhuurd. Er zijn daar veel exposities van kunstenbakkers, eethuisjes en zelfs een rijwielhersteller. Het sluiswerk is overgenomen door jongeren, die je op een traject van 6 sluizen begeleiden en op hun brommer je langs het kanaal passeren om de volgende sluis in gereedheid te brengen. Helpen bij aanleggen is er niet bij, maar er wordt wel van je verwacht dat je meehelpt deuren te sluiten/openen. Één jongeman presteerde het om ons de sluizen te laten passeren met één hand en continu bellend met zijn ‘portable’ in zijn andere. Hij belde echt niet met zijn moeder! Aan het einde van de serie sluizen zijn zij dolblij met een Heineken of een blikje Cola.
Later kregen wij van Harry en Wendy bericht dat zij hun vakantie moesten onderbreken i.v.m. ziekte van zijn moeder. Dankzij diezelfde jonge sluismeesters hebben zij vanaf Pont ‘Ouchy op het kanaal van Bourgondië en daarna de Petite Saône 108 km en 58 sluizen in drie dagen ‘with priority’ gepasseerd op weg naar hun thuishaven in Pontallier!



Als je door Frankrijk vaart ontmoet je veel mensen die handige tucjes hebben verzonnen. Zo kwamen wij Nederlanders tegen die lange lijnen hadden met een grote lus, waarom heen een Tie-wrap ( een plastic
kabelbinder) zat, die je makkelijk om je pikhaak kan doen en zo de lijn om een bolder leggen. Elsbeth is een redelijke lassowerpster en hebben deze truc nog niet uitgeprobeerd. Van Wendy uit Engeland leerden wij een eigen tuin aan boord te hebben. Je koopt een zak tuinaarde, maakt onderin kleine gaten en legt die op het dek. Boven maak je grotere gaten, stopt daarin sla- en kruidenplantjes etc. en je hebt een fantastische groentetuin!



Bij de laatste sluis vóór de tunnel van Pouilly is er een veiligheidscontrole aan boord nodig voordat je door de tunnel mag varen. Aan boord moeten zijn : een reddingsvest per bemanningslid, een brandblusser, maar ook een emmer en twee peddels(!?), een toeter en schijnwerper met voldoende sterkte. We moesten er hartelijk om lachen, want als je in het kanaal valt sta je gewoon op de bodem, maar regels zijn regels! We vonden gelukkig ook nog peddels van een opblaasbootje van Blokker, Vanaf de boot kan je daarmee het water niet raken. De sluismeester vond de blauwe kleur van onze reddingsvesten erg mooi, maar wees er op dat van het hele kanaal juist het diep(s)te van het hele kanaal juist de tunnel is en wel 2,50 meter diep!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten