zaterdag 25 september 2021

 

                     DELDEN



Aan het Twentekanaal is het enige leuke plaatsje in die streek Delden. Daar woont de fine-fleur van de regio. Er zijn maar liefst drie Volvo-garages. Verderop was voor ons een prima jachthaven. Daar kregen wij een gezellig bezoekje uit Aalsmeer van Anton en Betty, die met het goede merk auto het dorp binnen reden. Er is veel vrachtvaart en een langsvarend 110 meter lang containerschip  zoog bijna al het water uit de haven.


 

                             ZUTPHEN



Wij voeren verder op het kanaal Almelo-Haandrik. Dit kanaal is 5 jaar geleden uitgediept voor vrachtvaart tot 700 ton en sindsdien  kregen 400 huizen schade door verzakkingen.  Een aantal huizen  is zelfs gestut met houten constructies. Over de schuldvraag en natuurlijk wie gaat het herstel betalen is een onafhankelijk bureau ingeschakeld.  Dit najaar volgt hun definitieve oordeel hierover. Na Coevorden, Vroomshoop en Aadorp zijn wij snel doorgevaren naar het Twentekanaal.  In het Twentekanaal is toenemend vrachtverkeer. Met pleziervaart wordt weinig rekening gehouden. Bij Eefde zijn nu zelfs twee sluizen.  Na een uur werden wij gesluisd en eenmaal op de IJssel legden wij aan in de eerste haven van Zutphen. Om de broer van Elsbeth, Kees, die in de buurt woont op  te zoeken. Uiteraard fietsten wij ook maar het centrum van Zutphen. Via een industrieterrein met één opvallende winkel,  Eijerkamp. Elsbeth kijkt graag naar woonprogramma’s van VT-wonen en Kopen zonder Kijken, waar deze winkel steevast in voorkomt. Nu konden wij deze  enorme woonwinkel zelf eens bekijken. Zoveel toonzalen, het duizelt je. Er is zoveel te zien en zoveel van hetzelfde met een stevige prijs, kiezen lijkt ons niet gemakkelijk. Wij hadden niets nodig natuurlijk, maar er liepen veel echtparen rond op zoek naar iets waar zij zelf niet opgekomen waren!  De oude Eijerkamp had postduiven en won er vele wedstrijden mee. Als je vroeger voor meer dan 10.000 gulden kocht in de winkel kreeg je een eitje van één van zijn ‘winners’!

 

                            GENDRINGEN





Na een bezoek aan een oudtante van Elsbeth in Doesburg gingen wij de Oude IJssel op. Een 80 km lang riviertje dat ontspringt in Duitsland, bij Megchelen ons land instroomt en na 30 km in de IJssel eindigt bij Doesburg. Tot Doetinchem is er beroepsvaart. Daarna komen enkele lage bruggen. Wij moesten de tent naar achteren en de ramen omlaag klappen en legden aan in Ulft vlakbij de stuw. Verder kan je niet varen. De volgende dag gingen wij op de fiets naar Gendringen, vlakbij de Duitse grens. De reden dat wij zo diep de Achterhoek intrekken is dat de grootvader van Elsbeth daar veearts is geweest en haar moeder daar geboren en getogen is. Zij kwamen destijds in het kleine dorp wonen tegelijk met een nieuwe huisarts, notaris en burgemeester en hadden daar volgens Elsbeth´s moeder een fantastische tijd. Later werden veel familievakanties in Gendringen doorgebracht. In het dorp spraken wij op de markt ouderen aan. Enkelen wisten zich het huis van de voormalig dierenarts te herinneren en voegden er aan toe om ook op de begraafplaats te kijken op de weg naar Wieken. In het rietgedekte en thans fraai opgeknapte huis waar zij toen eens woonden hebben wij aangebeld en mochten binnen een kijkje nemen. We vonden tot onze verrassing ook het graf. Op onze weg door Gendringen hadden wij de bijzondere bloemenzaak van Bart Bressers ontdekt. Daar kochten wij enkele bloemen van het seizoen, dahlia’s, die wij op het graf gelegd hebben. Het was voor Elsbeth een onverwacht ontroerende dag bij het graf te staan van haar grootmoeder, Geertruida Elisabeth. Zij is precies zo vernoemd. Na het overlijden van haar grootvader heeft haar grootmoeder Gendringen verlaten en heeft 14 jaar lang bij haar enige dochter en haar gezin gewoond. Elsbeth heeft als oudste kleinkind met haar grootmoeder een innige band opgebouwd vanaf haar vijfde tot haar achttiende jaar, toen overleed zij. Een maand na haar overlijden heb ik Elsbeth voor het eerst ontmoet.

 

                  LAAG KEPPEL




 

Op de Oude IJssel zijn een aantal mogelijkheden om aan te leggen. Je ligt daar rustig in een prachtige natuur en er zijn veel fietspaden. Zo ook in Laag Keppel. Een zeer bosrijk gebied en wie kent niet, het in Nederland wereldberoemde hotel ‘De Gouden Karper’ even verderop in Hummelo? Heleen kwam voor een dagje langs en de volgende dag Noor met Fiep. We picknickten  aan de overkant van de Oude IJssel en Fiep mocht meehelpen bloemen plukken in de wilde pluktuin. Er liepen ook kippen rond maar eieren rapen, wat mocht van de eigenaresse van de pluktuin, lukte niet. Zij bleven op hun eieren zitten. Het was ook te mooi najaarsweer en de hennen hadden kennelijk een nieuwe lente in hun kop.

 

                    ANNA  MARE




Voor het eerst hebben wij 10 jaar geleden de ANNA MARE en haar bemanning ontmoet in Schwerin , in Meckelenburg-Vorpommern. Daarna in  Nederland en later in Briare met of zonder boot . En nu, op de IJssel  boven Arnhem haalden wij een boot in. Een stip in de verte werd steeds groter, totdat wij ontdekten dat het de ANNA MARE was. Hun fenders waren keurig opgeborgen, de onze bungelden langs onze boot . Zo herkenden wij elkaar.  Zij waren op weg naar Wageningen en  dat was ook ons plan deze dag! Het werd die avond een genoeglijk weerzien in de jachthaven daar. We delen het vaarplezier met varen door Europa.

 

          WIJK BIJ DUURSTEDE




We zijn er ooit één keer geweest, daar kwamen wij later achter en legden nu op een woensdag aan in de gemeentehaven, vlakbij het centrum. Een verrassend leuk stadje en in de haven is het een drukte van belang. Het komende weekend is er een Historische  Schepenbijeenkomst, van met name oude sleepboten Een negentigtal boten van het historisch erfgoed wordt verwacht. Ze druppelden  langzaam binnen en wij lagen op de beste plaats, de meldsteiger. Wij werden een beetje de haven uitgekeken! Niet voordat wij alles goed bezocht hebben zijn wij vertrokken. Zo fietsten wij rond het oude kasteel. Dáár herinnerden wij ons eerder in dit  oude stadje te zijn geweest, in onze studententijd. Op een feest, in Middeleeuwse kledij. We hadden weinig geld en Elsbeth maakte van twee jute zakken onze kledij voor die avond. Als enigen liepen wij als bedelaars rond tussen edelen, prinsen en prinsessen in (gehuurde) pakken. Dat is alweer een 50 jaar geleden!

maandag 13 september 2021

NIEUW AMSTERDAM
Het was te gezellig in de Weerribben en door tijdgebrek gaan wij niet naar het noorden richting Groningen, maar steken dwars door Drente over via de Hoogeveense vaart en het verlengde daarvan. Hoogeveen is een stad met weinig geschiedenis en zo ziet het er ook uit. Verder varend is een op zich leuke aanlegplaats in Geesbrug maar daar ga je snel weg vanwege doordringende geuren vanuit een megakoeienstal ertegenover. De verlengde Hoogeveense vaart eindigt in Nieuw Amsterdam die dwars door het dorp loopt. Over negenhonderd meter kade kan je aanleggen, je betaalt er alleen voor stroom. Alle winkels bevinden zich langs die kade. Net als Hoogeveen en de vaart er naartoe eentonig, weinig inspirerend. Wij lagen tegenover een kapsalon en na 4 maanden was ik weer eens aan een knipbeurt toe. Mijn kapster vroeg ik al in het van Gogh-huis geweest was. Op aanraden van o.a. zijn broer Theo is Vincent 2 maanden in Nieuw Amsterdam geweest om het boerenleven te schilderen. Hij logeerde in het logement van Hendrik Scholte, thans het van Gogh-huis, overigens zonder schilderijen van hem, maar wel met zijn slaap/werkkamer of hij er nog steeds logeert. De kapster, die geboren en getogen is in Nieuw Amsterdam, vatte Drente en alles er omheen voor ons goed samen : ‘dan ben je zelf depressief en stuurt je broer je, nota bene in de herfst, per trekschuit vanuit Hoogeveen naar Nieuw Amsterdam !”

 

                             GEERTIEN



Wil je uit eten, ga dan naar Geertien in Muggebeet aan het begin van de Wetering. Dat was een tip van Arend. Een café-restaurant met authentiek interieur, ruim  honderd jaar geleden door 2 zusters begonnen. Één zuster heette Geertien en zo is het generaties lang genoemd. Als afscheidslunch aten wij met Josja daar hun specialiteiten, sliptongen, gebakken zwezerik en de Weerribbenreebiefstuk. Alle tips van Arend waren top !

 

          BEULAKERWIJDE   REVISITED

 


Na Meppel gingen wij voor de laatste avond met Josja terug naar de Beulakerwijde, naar onze eerste plek, zonder steigers. En wie lagen daar ook? Arend en Barbara! We legden onze boot dicht tegen die van hen aan. Zij klommen bij ons aan boord om thee te drinken en brachten een doos met  boterkoek mee. Later werd er nog gezwommen, alleen door de dames. Een kapitein verlaat natuurlijk nooit zijn schip!


                                 MEPPEL



In Meppel lig je na het passeren van een sluis vlakbij het centrum.  De sluismeester/havenmeester zegt waar je kan aanleggen. De haven was vol, maar in een dode arm was achterin nog wel plaats, zei hij. Dat klopte wel, alleen had hij geen rekening gehouden met een grote laaghangende tak. Achteruit (en niet zoals op de tekening  vooruit!) varend langs de aangelegde boten is het gelukt om aan te leggen met de onvolprezen hulp van mijn twee matrozen, die de tak over de tent hebben getild. De volgende ochtend vertrok mijn voorbuurman en kon ik opschuiven. Wegvaren was toen geen probleem meer. 

 

                 DRENTSE  HOOFDVAART


Vanuit Appelscha
 naar de Drentse Hoofdvaart toe zijn er nog een aantal loop/fietsbruggen, die je zelf  moet bedienen. Het was inmiddels zaterdag en dan wil de plaatselijke jeugd graag daarbij helpen om die te openen voor wat muntjes. De derde brug lag wat verder en ik had Elsbeth al aan dek geroepen toen wij achter ons een hijgend jongetje zagen op zijn fiets met stok en klompje aan een touwtje, die schreeuwde : ‘Wacht, ik doe ‘m zo open !”. We hielden in en hebben hem bij het doorvaren  rijkelijk beloond voor zoveel ondernemersgeest.

woensdag 8 september 2021

                          WETERING



 Fiep’s vader had voldoende bolders aangebracht op de kade van het huis van zijn ouders. Aanleggen met de Gairloch was dus een makkie. Plan was dat wij er zouden zijn om op Fiep te passen, als Noortje moest thuiswerken. Maar zij had vakantiedagen  opgenomen, evenals de andere grootouders! Zo werd het één en al vakantie met auto-oma en auto-opa,  boten-oma- en boten-opa, haar ouders en natuurlijk Fiep zelf. Josja kwam de laatste avond langs  om de volgende dag mee te varen. Elke ochtend ontbijt in het zonnetje, daarna ging iedereen zijnsweegs. Fiep had een ruime keuze om iemand uit te kiezen om mee te monopolyen. Robbert nam de tuin onder handen met rigoureus snoeiwerk. Aan het eind van de middag was het zwemmen en warm afdouchen op het achterdek. Daarna heerlijk eten en natafelen. Fiep had keus te over wie haar bij het naar bed gaan mocht voorlezen. Het waren heerlijke dagen in Wetering. 

 

            KLOMPJE VAN FIEP




 Rondje varen op de Gairloch met iedereen aan boord naar Ossenzijl heen en terug. Fiep  mocht bij het passeren van de Kalenberger brug elke keer 2,20 euro handig in het klompje doen, net zoals haar moeder en tante Fransje dat deden, toen zij zo oud waren. Het leukste klusje aan boord op die leeftijd.

 

            GIETHOORN   EN  OMGEVING




 

Josja is al die jaren dat wij varen vrijwel elk jaar dat wij in Frankrijk waren  wel een weekje aan boord geweest. Zij komt nu naar Wetering en wij varen een rondje Weeribben. Dat is een gebied dat zij heel goed kent. Haar ouders hadden in Giethoorn Noord een vakantiehuis en zij heeft er vele zomers doorgebracht. Zij vertelde daar te hebben leren bomen met een punter, een kleine platbodem en heeft er zelfs mee leren zeilen. Kortom wij werden uitgebreid bijgepraat  over alles in de Weerribben  Wij eindigden op de Beulakerwijde. Onder beschutting van een eiland, vlakbij de toren van de kerk van het verdronken dorp Beulake, een kunstwerk in het water, legden we aan palen vast, die verbonden waren met dwarspalen. Daar lig je met een wijds uitzicht over de hele plas. De zon scheen af en toe, er was veel wind die avond en er waren af en toe grote regenbogen, die  midden in de Beulakerwijde leken te eindigen. Een regenboog kwamen wij later veel tegen. Nee, niet vanwege lbth, maar de vlag van Overijssel lijkt er ook op.

 

                         TURFROUTE




 

Met Josja gingen wij verder op de turfroute. Op het randje van Friesland voeren wij op de Tjonger onder Heerenveen langs door het Tjongerdal, veel groen, weinig bebouwing. Zeer fraaie tocht met veel mogelijkheden tot aanleggen. Eenmaal op de Opsterlandse Compagnonsvaart kwamen wij na een sluis aan in Appelscha. Daar zijn over kanaal loop/fietsbruggen, zelf te bedienen. Verderop zijn veel aanlegplaatsen. Elsbeth ging aan land om de brug te bedienen en na het passeren leek het mij handig om in verband met de forse wind de boot te keren. Het kanaal is daar  niet breed maar het moest volgens mij wel lukken op de motor. Josja stond achterop om mijn zwemplateau in de gaten te houden en zei steeds : ‘naar voren!”. Mijn zwemplateau scheerde net boven de betonnen rand. Het is gelukt maar mijn anker voor zat vol met gras. De volgende ochtend was de wind gaan liggen en hebben we dezelfde manoeuvre met de hand gedaan zonder problemen. Zo konden we onze weg vervolgen in de goede richting.

zondag 29 augustus 2021

STEENWIJK

Een vestingstadje met een geschiedenis vooral in de tachtigjarige oorlog. Het is toen meerdere malen belegerd door de Spanjaarden. Het heeft thans een grote nieuwe passantenhaven met alle faciliteiten in de voormalige houthaven. De houthandelaar Salco Tromp had in de 19e eeuw een houtzaagmolen en maakte Steenwijk tot centrum van de Europese houthandel. Toen hij erg succesvol werd kocht hij de naam van zijn vrouw erbij en de familie heette vanaf toen Tromp Meesters. Bij zijn overlijden liet hij een fortuin na aan zijn twee zoons. Één van hen kocht het terrein van 10 hectare achter de haven en liet door de architect van o.a. het Concertgebouw in Amsterdam een grote in  jugendstil villa bouwen, die de naam “Rams Woerthe” kreeg met een door Copijn ontworpen park in Engelse stijl. Woerthe betekent weiland en er had vroeger ooit het huis van burgemeester Ram opgestaan. Na zijn dood verkocht zijn weduwe huis en tuin aan de gemeente en is het jaren lang gemeentehuis geweest. Thans is het museum en heeft het een afdeling gewijd aan Hildo Krop, een beeldhouwer geboren in Steenwijk en vooral in Amsterdam beroemd geworden. Het park is vrij toegankelijk en heeft een hertenkamp, een ongekend succes bij onze kleindochter Fiep : je mag ze ongelimiteerd brood voeren! Tijdens ons verblijf in Steenwijk werd bekend dat de Veenkoloniën vanaf nu op de Unesco erfgoedlijst staan en dat hebben wij eigenlijk te danken aan een voorouder van Willem Alexander, Koning Willem 1!  In dit verhaal  speelt ook de oude houthaven een rol. Vandaar mijn interesse in deze geschiedenis. Toen destijds Napoleon verslagen was, waren de Noordelijke en Zuidelijke Nederlanden(thans België)  er slecht aan toe, er was geen werk en veel armoe. Johannes van den Bosch, een generaal-majoor uit het leger richtte de Maatschappij van Weldadigheid op in 1818 om de armoe te bestrijden en deze mensen ‘op te beuren’. Dat opbeuren bestond uit de armen en bedelaars over te brengen ‘naar landbouwende koloniën op onontgonne gronden’. Daar zou voor hen arbeid, onderhoud en onderwijs worden verschaft… Hij wilde beginnen met weeskinderen. Maar de toenmaals 200 à  250 weeshuizen voelden er niets voor, zij werden gesubsidieerd door gemeentes per opgenomen kind. Minder kinderen, minder inkomsten. Van niemand, zeker niet van de weeshuizen in Nederland , kreeg hij ondersteuning voor zijn plan. Maar na de Napoleontische tijd hadden wij voor het eerst een koning, Willem 1 en in die tijd had een koning  macht. Zijn wil was wet. Johannes van den Bosch ging naar de koning en wist hem enthousiast te maken voor zijn plan. De koning vaardigde wetten uit die zijn plan  mogelijk maakte. In totaal werd 3200 hectare grond aangekocht en zo ontstonden, Veenhuizen, Frederiksoord, Willemsoord en Wilhelminaoord in 6 jaar tijd. In iedere stad was een Burgerweeshuis voor wezen van gegoede burgers en een Armoeweeshuis of Aalmoezeniershuis. Het sterftecijfer onder ouders was toen hoog. De weeshuizen waren hard nodig en werden gesubsidieerd door de gemeente en zo nodig met bijdragen uit de bevolking. De weeshuizen bleven weigeren hun kinderen aan de Maatschappij van Weldadigheid af te staan. De wezen moesten in hun eigen omgeving blijven en niet op de veengronden van Drente! De koning vaardigde vervolgens wetten uit die de subsidies korten, als zij hun wezen niet zouden afstaan. De weeshuizen werden  uiteindelijk zo gedwongen  hun kinderen af te staan. Later kwamen  750 bedelaars, 250 gezinnen en 4500 ‘overigen’ in de koloniën terecht. De gestichten, waar in totaal 8600 wezen zijn terecht gekomen konden het uiteindelijk financieel niet bolwerken, mede ook omdat goed personeel niet te vinden was. De Staat nam het project over en de gestichten werden rijkswerkinrichtingen voor voornamelijk mannen, die ‘mindere  vergrijpen’ hadden begaan. Zij werden ‘verpleegden’ genoemd. Later werd het steeds meer een penentiaire inrichting met gedetineerden eerst in een open later in een ‘gesloten’ omgeving.  In de tijd van de florerende houthaven in Steenwijk werden  bedelaars en gedetineerden voor een licht vergrijp met een boot vanuit Amsterdam naar Blokzijl gebracht om op een kleinere boot naar Steenwijk gebracht te worden, naar de houthaven. Daar ontscheept moesten zij te voet naar de koloniën. Steenwijk zelf kon niet achter blijven en  dankzij een legaat van Salco Tromp Meesters  kwam er aan het eind van de houthaven een gebouw ‘ter wering van bedelaars’, Daar konden  bedelaars uit de omgeving onderdak krijgen, zij moesten wel werken, dat bestond voornamelijk uit  het vlechten van matten. Ook dat project strandde. Het gebouw staat er nog steeds. Het is nu een Chinees wokrestaurant, waar  passanten nu graag eten….


AREMBERGERGRACHT
We naderen de Weeribben en zien op de app Marine Traffic dat de boot, die wij in Frankrijk vaak ontmoet hebben en waar we twee jaar mee in Toulouse hebben overwinterd zich nu op de Beulaker Weide bevindt. De afspraak wordt gemaakt om Arend en Barbara met hun boot op de Arembergergracht te ontmoeten. Al van verre is hun karakteristieke boot te herkennen. Het werden twee erg gezellige dagen met het ophalen van herinneringen uit onze ‘Franse tijd’. Arend is in deze omgeving opgegroeid, kent de Weerribben als geen ander en gaf ons tips over de omgeving.
EEN NACHT OP DE AREMBERGERGRACHT
In de Weerribben zijn vele aanlegmogelijkheden zonder voorzieningen waar graag gebruik gemaakt van wordt. Je ligt rustig in een prachtig natuurgebied. Langs de Arembergergracht is kilometers lang een kade waar je aan kan leggen. Verderop is een camping en vandaar varen rubberbootjes rondjes met te jonge bemanning en veel te snel door de gracht. In de nacht van zaterdag op zondag wil dit wel eens uit de hand lopen. Wij werden om 5 uur in de ochtend wakker door een klap tegen de boot. Een groot aantal boten was die nacht losgegooid en dreef rond. Er stond gelukkig geen wind. Wij wisten iedereen wakker te krijgen en elke boot met hevig geschrokken bemanning kon weer aan leggen. Gelukkig hebben wij het nog nooit meegemaakt maar het losgooien van je boot heeft een enorme impact. Arend is op de Rhône in Vienne,  alleen aan boord, gelukkig wakker geworden van geschreeuw vanaf de kant en kon zijn boot weer aanleggen. Ook op de Rhône waren Belgische bekenden van ons minder gelukkig. Na een verloren voetbalwedstrijd van Marokko tegen België was hun boot met Belgische vlag losgegooid. Zij werden wakker aan de overkant, lagen vast tussen bomen, 100 meter van een barrage. Wij kwamen ze later tegen in Langres. Zonder Belgische vlag, ze wilden zo snel als mogelijk terug naar Leuven en nooit meer in Frankrijk varen!

woensdag 25 augustus 2021

 

                            AMERSFOORT

 


De volgende ochtend vertrokken we vroeg om via de zeesluis in Muiden over het Markermeer naar de Eem te varen. We hadden een lunchafspraak met vrienden in Amersfoort. Onderweg naar hun huis  wij kregen een rondleiding door de stad langs de meest recente vernieuwingen. Met als klapstuk het Eemhuis met bibliotheek. De volgende dag hebben we daar de tentoonstelling ‘Mirror Spiegeltekeningen’ bezocht en de stad verder verkend. Aan het eind van de haven is de ’s-avonds verlichte Koppelpoort, vóórlangs rijden veel treinen over het spoor. Plotseling verschijnen de treinen, om vervolgens achter volgende gebouwen geluidloos te verdwijnen. Een pluim voor de stadshaven. Overal waren genoeg aansluitingen voor stroom en water. Er was een wasmachine/droger en zelfs een strijkplank met strijkijzer ter beschikking!  

 

                         ZEEWOLDE



 Na drie dagen aan een eiland op de Eem gelegen te hebben tegenover een buitenwijk van Baarn voeren wij terug naar de randmeren en kwamen in Spakenburg terecht op een drukke zaterdag, het was marktdag! Volle terrassen en alle winkels waren open. Maar het contrast kon niet groter zijn op zondag. Het stadje  was uitgestorven, alles, maar dan ook alles was dicht! Je kon zelfs geen visje meer scoren ! In Spakenburg zijn 2 voetbalclubs, Spakenburg en IJsselmeervogels met elk een groot stadion broederlijk naast elkaar en die op hoog niveau in de zaterdagcompetitie spelen. Maar niet zo broederlijk als ze tegen elkaar moeten spelen. Dan is het de hele week tevoren onrustig in het dorp, zelfs op de zondag  na de wedstrijd! Maandag vroeg vertrokken wij en waren vrijwel alleen op het Eemmeer en het Nijkerkernauw. Een laagstaande zon, weinig wind en vroeg in de ochtend zijn voor ons  altijd de mooiste momenten om te varen. Na de middag legden wij aan in Zeewolde. De Scouting Nederland bezit daar 70 hectare land. Vanuit heel Nederland en zelfs vanuit Europa worden daar zomerkampen gehouden. Soms zijn er wel 1400 van die padvinders op kamp.  Er zijn aanlegplaatsen voor de pleziervaart gemaakt met weinig last van die kampen en met het liggeld draag je bij om dit mogelijk te maken.

 

                              ZWOLLE


Vanaf het  Veluwemeer slaan wij stuurboord uit naar het  Reeversdiep en komen op de IJssel. Na twaalf kilometer stroomopwaarts arriveren wij in  Zwolle. Daar moet je de weg weten. Ga na de laatste brug op het Zwarte Water direct naar rechts, daar zijn aanlegplaatsen met stroom en water en kan je makkelijk het centrum bereiken. Ga je rechtdoor dan kan je bij steigers op het ronde middengedeelte bij het door de horeca gebouwde zandstrand met loungebanken aanleggen. Om aan wal te komen moet je vanaf de steiger een onhandige steile trap op naar de kade,  ruim anderhalve meter  hoger. En erg glibberig als het geregend heeft. Met een grote hond aan boord niet te doen, als die niet ‘zelf de steile trap op kan’. De enige stroompaal staat 60 meter verderop. Die afstand is geen probleem, maar je betaald alles via de AanUit app en aangemeld op je ligplaats kan je geen gebruik maken van die stroomaansluiting. Bellen met AanUit. Probleem is bekend. Ik moest mijn  huidige ligplaats afmelden en opnieuw aanmelden in de andere regio, dan kon ik wel stroom krijgen. En na 1 uur puzzelen en bellen is het gelukt. Blijft over de steile trap. We kregen bezoek van oppasoma Vicky, familie van Elsbeth, met haar kleinkind, Novie. Met haar knuffel in de hand  klom Novie dapper de trap af en op om aan boord te komen.  Zij zag het stuur en riep enthousiast : PIRAAT ! Zo ziet de gemeente Zwolle waarschijnlijk boottoeristen ook, die met moeite de kade op proberen te klimmen om de stad te veroveren !Wij hoorden later dat de gemeente Zwolle op de hoogte is van het probleem met de stroom en de steile trap, maar het heeft geen prioriteit! Jammer, want een bezoek aan deze stad is zeker de moeite waard.

dinsdag 3 augustus 2021

 

        OPNIEUW  NAAR  DE  WASTOBBE

 


Het gaat zelfs voor ons te lang duren. We varen terug naar Maarsen en gaan opnieuw het Amsterdam-Rijn kanaal op. Bij Nigtevecht  kan je weer naar de Vecht. We leggen aan bij Overmeer, vlakbij Nederhorst den Berg. Daar krijgen wij bezoek van Heleen met haar nieuwe camper. Een ingenieus verbouwde Citroën Berlingo. Van origine een bestelauto en ze brengt elke keer van alles mee :  huisgemaakte jam, voortreffelijke wijn uit Zeeland en  dit keer op koffiedrap gekweekte paddenstoelen.

 

   DE  SPIEGEL-  EN  BLIJKPOLDERPLAS

 


Hanneke en Cornelius zijn in het land. Zij wonen in Berlijn en door corona heeft Elsbeth haar jongste zusje al anderhalf jaar niet gezien. Zij wilden graag een dagje aan boord komen, Noortje zou hen samen met Fiep brengen. Op zoek naar een goede opstapplaats kwam ik terecht in Nederhorst den Berg bij een watersportvereniging op de Spiegelplas, grenzend aan de Ankeveense plassen. De plas is  ca. 2,5 km lang, 1,4 km breed en 45 meter diep, ontstaan door zandafgraving, o.a. voor het ophogen voor de bouw van de  Bijlmer. Sinds 1999 toegankelijk voor recreatie en  per boot alleen vanaf de Vecht via de Zanderijsluis te bereiken. Op rare tijden kan je sluizen trouwens, van 9.30-12.30 en 17.30-20.30 uur. Wij hebben onze vier gasten opgepikt en zijn de plas opgegaan. Hanneke had zelfs haar badpak meegenomen om in het heldere water te zwemmen. Nadat zij waren vertrokken hadden wij de hele plas vrijwel voor onszelf, er varen nauwelijks boten. Heel anders dan op de Vecht ! Dat beviel ons zo goed dat wij er bijna een week hebben vertoefd.

 

                            NIGTEVECHT

 


Weer terug op de Vecht voeren wij langs Nigtevecht. Vlakbij het pontje is een vrije ligplaats, bijna altijd bezet maar nu even niet! Wij grepen onze kans en legden aan. Het pontje is voor voetgangers en fietsers en die worden gratis overgezet door twee dames, die de diensten  in onderling overleg regelen en met veel plezier daar werken. We lagen zo dichtbij, dat wij alle conversaties tussen hen en hun luid kwebbelende klanten konden volgen. Met iedereen maakten ze een praatje, pompten banden op en er mocht van het toilet in het diensthuisje gebruik gemaakt worden. Op zonnige dagen wordt er onophoudelojk heen en weer gevaren  en dan moeten ze  vaak de passerende bootjes de vaaregels  uitleggen. Zeker vijf keer per jaar waren er (bijna)aanvaringen. Vandaar de naam van het pontje : Kantjeboord. Vijf uur begint borreltijd, helaas kwam ik erachter dat de ijskast aan het ontdooien was! Daar hadden wij graag 3x24 uur willen liggen, maar moesten helaas  vertrekken op zoek naar een haven met walstroom. We namen afscheid van de dames en onderweg bleek dat er een los contact was bij 3 van de 5 zonnepanelen, reden voor ons vertrek uit Nigtevecht…

 

                                 WEESP


                        


Voor stroom kwamen wij terecht in Weesp en  de volgende dag bemachtigden wij een ligplaats in het centrum van Weesp, want het is daar druk op het water. Recht tegenover de Sint-Laurentiuskerk. Thans getransformeerd tot bierbrouwerij met proeflokaal. Er is ook een yogastudio, twee  appartementen en in de klankkast van de kerkklokken een hotelkamer/suite. Voor bijna 500 euro mag je daar een nacht slapen, er is geen lift, wel een trap en 30 meter hoger  heb je  een fraai uitzicht over de omgeving. Het was 5 uur in de middag en ik was wel benieuwd hoe een kerkelijk biertje uit de brouwerij smaakte. Plots kwam een lege bakfiets langs met een voor ons duidelijk herkenbare bestuurster : dáár gaat Janneke (een vriendin van onze beide dochters).  Biertje Janneke?  Prima, het is mijn laatste werkdag voor de vakantie , maar eerst de kinderen ophalen! De pastorie naast de kerk  bleek een crèche/naschoolse kinderopvang te zijn. Met haar drie kinderen dronk zij met ons een biertje en de volgende dag kwam zij met haar hele familie terug bij ons aan boord. Noortje, Robbert en Fiep kwamen ook want ik was jarig! Kortom een druk en gezellig weekend in Weesp!

vrijdag 23 juli 2021

 

                             OUDEWATER

 



Dit oudste stadje van het Groene Hart  (stadsrechten rond 1265)  met de grootste monumentendichtheid van Nederland  werd welvarend door de touwindustrie en beroemd door de Heksenwaag. In 1545 gaf keizer Karel V aan Oudewater als enige stad in Europa het privilege voor een eerlijk weegproces. Toen later de heksenvervolgingen begonnen werd de goederenwaag ook gebruikt ‘om heksen te wegen’. Slechts 13 mensen hebben dat ooit gedaan en er kon bij allen uitgesloten worden dat zij op grond van hun gewicht heks waren. Tegenwoordig kan men dit als toeristenattractie nog steeds laten doen om een ‘Certificaet van Weginghe ‘te krijgen. Maar waar Oudewater bij onze leeftijdgenoten bekend om is zijn de buitenopnamen van SWIEBERTJE. Hij werd achtervolgd door veldwachter BROMSNOR.  Bij de St Michaëls kerk krijgt hij hem te pakken en sluit hem op in de gevangenis. Dat is  de kelder onder de trappen van het Raadhuis! Nog steeds terug te zien op YouTube !

 

                 WASDAG  IN  MONTFOORT




Het volgende stadje waar je langs vaart is Montfoort. Winkels en restaurants genoeg en ook een  70-tal aanlegplaatsen voor passanten met hun boot. Aanleggen is gratis en bij het zwembad kan je muntjes kopen voor de enige wasserette langs de Hollandse IJssel. Die is in de zomer bijna 24 uur per dag in bedrijf. Er ligt geen boot waar geen was buiten hangt te drogen !

 

            ZOEK  DE  VERSCHILLEN

 



We zijn nog steeds in de buurt van Amsterdam en  werd  telefonisch een nachtje oppassen op kleindochter Fiep geregeld.  De Gairloch in jachthaven Marnemoende in IJsselstein achterlatend werden we per auto opgehaald en de volgende dag weer teruggebracht. In de tijd dat wij Fiep niet meer gezien hebben, heeft ze een boel bijgeleerd : zie de verschillen!

 

                  NAAR  DE  WASTOBBE




Na de Hollandse IJssel en een stukje Merwedekanaal kom je via een sluis op het Amsterdam-Rijn kanaal.  De sluismeester vroeg of ik overstak naar Utrecht of koos voor de wastobbe. Daarmee bedoelde hij het eindeloos hotsen-klotsen van het water door de golven tegen de steile damwanden. Wij kozen voor de wastobbe en wat hij niet wist : via de app Marine Traffic had ik al gezien had dat er weinig scheepsvaart was  richting Amsterdam. Geen oplopers en de  tien  km lange tocht verliep probleemloos.

 

                           DE VECHT




Ter hoogte van Maarsen verlaten we via een openstaande sluis het Amsterdam-Rijn kanaal en zijn wij op  de Vecht. We varen door naar Breukelen. Het is opvallend rustig met boten. Dat komt door een stremming bij de verkeersbrug in Vreeland, zo horen we later.  Die is stuk en men wacht op een onderdeel. En dat kan één, misschien twee weken duren! Gelukkig zitten we niet in Frankrijk. Want als daar zoiets gebeurt zit je echt gevangen. Je kan alleen het kanaal terugvaren. We zien het een paar dagen aan, anders gaan we de wastobbe weer in. We fietsen met veel plezier langs hoge bomen, hagen, hekken, rododendrons, hortensia’s, overtuinen en de fraaie buitenplaatsen..

zondag 11 juli 2021

 

                             VIJFHUIZEN

 



Na de Vijfhuizerbrug mag je bij de rechteroever aanleggen. Met uitzicht  op Zuid-Schalkwijk en aan de overkant op dit rustige dorp onder de rook van Haarlem. De volgende dag is een zonnige zondag,  het wordt ruim boven de 25 graden. En dan is het sloep-op en sloep-af langs onze boot. Verderop is een zwemplek, waar door jongelui veel gebruik van wordt gemaakt. En zij springen vanaf de brug in het water met toestemming van de bruggenwachter.  Rond elf verschijnen de eerste sloepen vol kussens, een koelbox en schaars geklede dames met een wit glas in hun hand ( prosecco!) vrolijk keuvelend met de schipper. Die dag passeert ons een eindeloos lange rij  sloepen van allerlei prijsklassen. Rond vier uur zien wij ze terugkomen. De dames languit voorover liggend of uitgeput hangend in de kussens. Wij kunnen dat zien van af ons achterdek. Een heel verschil met Frankrijk waar op een zonnige zondag een paar boten langsvaren, sloepen kennen ze niet. Op zondag picknickt en barbecuet  men met de familie langs de kant van het kanaal.


 

             DE  HEER  EN  MEVROUW  P.




 In Vijfhuizen besloten we vanwege een mogelijk motorprobleem terug te keren naar Aalsmeer, slechts 4 uur varen. Het probleem viel gelukkig mee en de volgende dag vervolgden wij onze tocht nu de andere kant op van de ringvaart.  We legden aan tegenover het huis van de familie P. in Oude Wetering  bij de Sprengkerk. Zij zijn oude bekenden van Elsbeth’s vader. Als wij in onze vroegere boot, de Orient, langs voeren, zagen ze ons altijd van verre aankomen en viel er niet aan te ontkomen om aan te leggen. En zo werden we altijd zeer gastvrij onthaald op de koffie of op de borrel. Helaas zijn zij allebei overleden. Het huis staat er nog, er lijkt niets veranderd. Alle lampenkappen, die voor ieder raam stonden en  waarover mevrouw P. altijd trots vertelde dat zij ze zelf bekleed had na een succesvolle cursus lampenkappenbekleden , zijn alleen verdwenen. Toen ‘s- ochtends tegenover ons nieuwe damwanden het water in getrild werden en het metselvoegwerk tussen de stenen van de Sprengkerk vakkundig met een slijptol werd verwijderd en de gemeente het nodig vond de straat met bladblazers schoon te blazen en het was pas 8 uur, zijn wij ijlings vetrokken.


 

                                GOUDA



Via een afslag van de Gouwe kan je vlakbij  het centrum van Gouda aanleggen. Het liggeld is fors en de elektriciteit valt vaak uit en moet je bij de ‘laadpaal’ op een knop drukken om dat te herstellen. Je kan ook doorvaren en na de sluis links af de Hollandse IJssel op. Direct na  de Waaiersluis mag je 3x 24 uur gratis aanleggen.  Vijf minuten fietsen en je bent ook in centrum Gouda. Je fietst over een hoge dijk langs de rivier. Beneden ligt een wijk met gedateerde flatgebouwen en twee supermarkten. Verderop sla je rechts af naar één van de grachten en je staat op de markt. De volgende dag lazen wij dat in voornoemde wijk enkele jongelui mensen bedreigt hadden met een pistool. Deze melden dat aan de politie die met een arrestatieteam met kogelvrije vesten deze jongelui aan hielden op de Guldenbrug, die wij een kwartier eerder gepasseerd hadden. Gelukkig boden ze weinig weerstand. Ze hadden zwart beschilderde waterpistolen in hun handen. Net echt! Ze kwamen er met een waarschuwing vanaf. Dit spektakel hadden  zijn wij misgelopen.


 

                  HAASTRECHT  deel 1

 


Na Gouda leggen wij aan in Haastrecht, waar het riviertje, de Vlist, komende van Schoonhoven voeger uitmondde in de Hollandse IJssel. We legden aan tegenover een tuin met een enorme rode beuk. Daarachter een gebouw in de steigers. Het is het museum Paulina Bisdom van Vliet. Zij overleed op 1 juni 1923 en was de laatste telg van de familie. In haar  testament bepaalde zij dat het familiehuis als museum zou worden ingericht. En dat is het sindsdien altijd geweest. Helaas is het nu gesloten voor onderhouds- en restauratiewerkzaamheden. In het koetshuis ernaast is een tijdelijke fototentoonstelling over het museum. Dat geeft een duidelijk beeld van de weelde en smaak van met name de laatste bewoners van  het grote patriciershuis, waar drie  eeuwen lang deze familie gewoond heeft. Paulina was 41 jaar toen zij weduwe werd en heeft sindsdien veel gedaan voor het verenigingsleven in Haastrecht. Dankzij haar kwam er een toneel- zang- en gymnastiekvereniging en een orkest. Zij stelde geld beschikbaar voor de huisvesting van deze verenigingen. Dat werd het " Kunst- en Sportgebouw Concordia".  Hoewel haar naam ‘Bisdom’ suggereert dat ze ‘goed ‘ katholiek was, ergerde zij zich als ‘goed’ protestant om vanuit haar huis  uitzicht te hebben op de katholieke kerk. Concordia is zo groot en hoog gebouwd dat dit probleem werd opgelost! De heropening van het museum is voorzien  begin 2022. Of de rode beuk dat nog mee zal maken is twijfelachtig. Grote takken zijn afgebroken en de bast is omgeven met jute. De in 1694 geplante boom zal binnenkort weggehaald. Het ziet er nu uit als een grote kale olifantspoot met verband rondom. Bij het testament van Paulina zat ook een klein kistje, dat 100 jaar na haar dood mag worden geopend. Over 2 jaar weten we meer!


 

                   HAASTRECHT deel 2




Bij de gedempte sluis, waar eens de Vlist in de Hollandse IJssel uitmondde, sta ik voor een bord met informatie over de oude situatie. Opeens staat er een fietser naast me die zegt : ‘Ik zie dat U het bord aandachtig leest en geïnteresseerd bent. Ik kan U een privérondleiding geven in het museum ‘Het poldergemaal ‘of in de boezemmolen nr 6 met de grootste wiekslag van alle molens in Nederland, ik heb de sleutel van beiden.” Dat aanbod slaan wij niet af en spreken af voor de volgende ochtend om half tien bij zijn woning. Hij bleek de buurman te zijn van Paulina ! Een groot doktershuis, want onze rondeider was gepensioneerde huisarts. Op weg fietsend naar de molen wordt hij door iedereen begroet. “Die heb ik nog ter wereld gebracht, en wijzend díe ook “! Aangekomen bij boezemmolen nr. 6  vertelt  hij gepassioneerd over de herbouw van de molen, die hij namens de stichting Het Zuid-Hollands Landschap, de eigenaar, begeleidde. Hij was vol lof over het vakmanschap van de timmerlui. Volgens Elsbeth is hij een ‘topdokter’ ! Hij vertelde ook een depressieve patiënt naar tekenles te hebben gestuurd. En als zij niet durfde dan ging hij mee. Dat heeft hij ook nog gedaan ook. Via de mail stuurde hij enkele voorbeelden op van zijn werk. Daar was Elsbeth enthousiast over. Ons bezoek aan  Haastrecht zullen wij niet gauw vergeten.


zondag 4 juli 2021

 

            WAAR  LIGT  DE  BOOT  NU?

 




Deze vraag is ons afgelopen maanden vele malen gesteld. Vorig jaar heb ik de Gairloch vanuit midden-Bourgondië, uiteindelijk via de Rijn, terug naar Aalsmeer gebracht. Ik voorzag voor dit jaar weer de nodige reisproblemen vanwege Corona. En die zijn uitgekomen. We zijn blij dat onze boot vlakbij ons huis ligt. Aan het eind van een erf vol kassen op de Uiterweg.  Je kan je auto vlakbij de boot parkeren.. Eén boot springt eruit qua kleur. Wie in Aalsmeer kent niet die kanariegele boot , tussen de  twee rieteilandjes? 







 


           EN  WAT  IS  ONS UITZICHT ?



Wij liggen naast de het grootste schip links, met uitzicht op de Kleine Brug, de verbinding met de Grote Poel, oftewel de Westeinder plas. Vanaf ons achterdek kijken wij tussen de twee rieteilandjes door uit over de Kleine Poel, recht tegenover de Kleine Brug, de doorvaart naar de Grote Poel, de Westeinder. Afgelopen winter schaatste iedereen nog langs onze boot. Nu varen en zwemmen ze op gepaste afstand langs. Wat varen betreft, wij blijven dit jaar in Nederland. Geen Tour de France dit jaar voor ons, maar een Ronde van Nederland. Varen langs oude plekken, waar wij met onze salonboot de Orient vroeger kwamen en bezoeken familie en bekenden.  Pas eind september hopen wij weer terug te zijn in Aalsmeer.