HET BLIJFT WARM !
HET BLIJFT WARM !
OPSTOPPING IN
DOLE
Amper 20 km op het Canal du Rhône au Rhin was er een tijdelijke vaarstop in Dole. Een grote plataan had een onweersbui niet overleeft en lag overdwars in het kanaal. En dat vlak vóór het weekend. Het werd druk in de haven. Er kwam zo waar een Nederlands vrachtschip, voor wie ook dit kanaal de enige mogelijkheid was om terug naar Nederland te komen. En het ene motorjacht na het andere met Duitse vlag kwam erbij, komend uit het Mittelmeer op weg naar die Heimat. Twee grote strijkijzers, type Sunseekers legden aan. Naast ons kwam een Princess 460 met flying bridge met veel kinderzwembadjes en een jacuzzi gevuld met water en zestig 5 litervaatjes water aan boord. Anders kon hij niet onder de bruggen door. Het lastige kleinzoontje aan boord begreep niet waarom hij niet in een zwembadje mocht spelen, net als wij. Aan de andere kant legde een type raceboot aan op weg naar Bonn, komend van Ibiza. Met aan boord een voormalig piloot van de Lufthansa, die over acht dagen beslist in Bonn terug moest zijn, omdat de school van zijn zoon over acht dagen weer begon. Deze stralende puber dacht daar trouwens heel anders over, een onmogelijke missie! Na drie dagen was de boom verwijderd en kon iedereen vertrekken. De Princess 460 heeft zelfs de zeer lage TGV-spoorbrug in Mulhouse gepasseerd. We hebben hem nergens langs de kant verlaten zien liggen.
BESANÇON
Deze vroegere hoofdstad van het Departement Franche-Comté ligt aan het Rhone-Rhinkanaal. Nu is dankzij oud-president Hollande dit departement samengevoegd met Bougogne en heeft Nevers de strijd gewonnen als nieuwe hoofdstad. Er zijn gekanaliseerde stukken, afwisselend met de rivier de Doubs, waar je over vaart. Deze rivier is erg gevoelig voor plotselinge enorme regenbuien. Dan wordt de waterstand zo hoog dat de doorvaart is verboden. In 2016 voer ik daar in een ‘crue’. Achter mij werden toen de deuren van wachtsluizen gesloten en om overstromingen verderop te voorkomen. Er zijn veel ondiepten, aangegeven met groene en rode tonnen, die nauwelijks zichtbaar waren door de hoge waterstand .Dit jaar was het juist het gebrek aan water dat er voor zorgde dat de tonnen heel goed zichtbaar waren. De Doubs stroomt om de oude binnenstad van Besançon heen als de Griekse letter Omega ( Ω ). Je kan ‘de letter volgen’ en erom heen varen of via de horizontale pootjes door een tunnel varen naar de andere kant. De stad zelf was erg druk, ook met vakantiegangers. We trekken ons dan snel terug aan boord in Coronatijd. Als je om half tien in de ochtend naar het centrum fietst is het tot 11.00 uur erg rustig. Dat hebben wij een paar keer gedaan. Het centrum en ook de beroemde Citadel is zeer de moeite waard.
LAPJESDAGEN
Het gaat erg
warm worden. De dertig + dagen breken aan met temperaturen tot 38 graden. Het water in de kanalen is bepaald niet
schoon dus zwemmen is uit de boze. Je mag in principe overal aanleggen. Ik kijk op de kaart naar groene gebieden met
het woord ‘forêt’ en vaar dan met mijn kompas in zicht om een plek te zoeken met
schaduw in de middag. De zon komt dan
rond een uur of negen boven de bomen uit aan de overkant en verdwijnt rond 2 à 3 uur in de middag achter het
groen van veel hoge bomen. Dat is me dit
jaar aardig gelukt. Onze boot wordt volgehangen met lappen tegen de zon. De
zonnepanelen zijn blij met 5 uur volle zon. De waterslang wordt op dek gelegd
in de zon om af en toe een lauwe douche te nemen. En omdat je in het groen ligt
en niet tussen veel steen koelt het in de nacht af tot aangename temperaturen. Soms blijven we vier dagen liggen op zo’n plek
tot de temperatuur gezakt is tot 30-.
SI PAR
HASARD
DE THUISREIS PLANNEN
Door de
coronamaatregelen in Frankrijk konden wij pas 3 maanden later naar de boot. Om
niet nog zo’n ‘bootloos’ voorjaar mee te maken hebben wij besloten de Gairloch
terug naar Nederland te brengen vanuit Chitry ( S ). Naar boven via de Yonne,
Seine en Parijs terug naar huis, dat hadden wij al meerdere malen gedaan. Op het Canal de la Meuse (1) waren wij nog nooit geweest. Om daarna
verder via de Maas Nederland binnen varen. Dat werd het plan voor dit jaar. Inmiddels is
het eind juli en beginnen in Frankrijk de waterreservoirs van de kanalen leeg
te raken. Als eerste ging het Canal de la Meuse ( zie nr 1) dicht……. Een flinke onverwachte tegenvaller, maar via
de Moezel en/of de Saar en na Koblenz via de Rijn naar huis is ook een optie.
Snel daarna gingen ook het Canal des Vosges (3) én het Canal entre Champagne et
Bourgogne (2) dicht ! N.B. het kanaal
dat altijd als eerste gesloten wordt vanwege watergebrek, het Canal du Centre
is nog steeds bevaarbaar! Als laatste was er op het Canal de Bourgogne een vaarstop(4). Zo bleef er nog maar één vaarweg open, het Canal
du Rhône au Rhin (5) naar Mulhouse, dan de Rijn op naar Straatsburg, Frankrijk weer in en via het canal Marne au
Rhin naar het Saarkanaal en de Saar. Je kan natuurlijk ook de Rijn verder volgen
langs de Lorelei, maar dan ben je zo thuis. En dat is nou ook weer niet de
bedoeling !
UIT ETEN IN CORONATIJD
Dat doe je niet meer zo gauw als vroeger. Ook in Frankrijk. Op het platteland zijn weinig Covid-19 besmettingen, maar moeten de restaurants zich wel aan landelijke voorschriften houden. Ze doen hun best, maar als twee families die elkaar kennen in hetzelfde restaurants komen, dan wordt iedereen afgezoend en worden de tafels bij elkaar geschoven. Net zoals vroeger en het wordt gedoogd… In dit soort tenten gaan wij niet eten, de tafels moeten op ruime afstand staan en blijven, dan willen wij het wel proberen. Zo ook in St Leger sur Dheune aan het Canal du Centre. Ik mocht van de sluismeester op de plaats liggen voor hotelboten, die deze zomer allemaal in hun thuishaven zijn gebleven. En vlakbij een restaurant dat aan onze eisen voldeed. Een lange trein van tafeltjes langs het water. Helaas, het terras was die avond ‘complet’. Wijzend naar onze boot, die er vlakbij lag werd aangeboden om de maaltijd aan boord te brengen. We hebben direct besteld en om 8 uur werd onze maaltijd gebracht. In een houten doos van een leverancier. Op de kaart stonden typisch Franse gerechten in kleine hoeveelheden , in Spaans tapasformaat. We zijn heerlijk op ons achterdek, zo coronavrij als maar mogelijk die avond uit eten geweest !
WATERGEBREK
Het water in
de kanalen komt erin op het hoogste punt, in het scheidingspand, “bief de
partage’. Daar in de buurt zijn reservoirs aangelegd, waarin het water van
kleine riviertjes, beekjes wordt verzameld. Dreigen die op te raken dan worden
maatregelen genomen. De eerste is altijd
‘regroupement’ van de boten in de sluis.
Echt bedacht door iemand achter een bureau, want 20 minuten wachten op
een andere boot die nooit komt, zoveel scheepvaart is er niet. Als volgende
stap wordt het waterniveau verlaagt, eerst van 2,00 meter naar 1,80, dan naar
1,60, en als laatste een vaarstop. Op het
Canal lateral à la Loire is de
vaardiepte nu 1,60 meter. De Gairloch
steekt ca 1 meter diep, maar mijn beide schroeven zijn wel het diepste punt. Dat gaat wel tot je iets in schroef
krijgt. De linker motor ging erg
schudden. Het kon ook iets zijn met de
schroefas. In Gannay was een ‘chantier
navale’, van een Engelsman. Daar kon de boot even uit water voor inspectie.
D.w.z. 400 euro voor uit het water en nogmaals 400 euro voor er weer in + het
arbeidsloon. En ik mocht nog van geluk
spreken, vorig jaar rekende hij 500 euro! Ik heb een afspraak gemaakt in St Jean de
Losne bij Blanquart. Even in de takels, schoonmaken en er weer in voor 300 euro. Op één motor ben ik verder
gevaren naar de Saône. Eindelijk op ruim water was het bijgeluid van de linker motor minder geworden en na een
paar keer flink achteruitslaan kwam het laatste deel witte plastic boven water ! En was het probleem over!
JUF FIEP GEEFT LES
Terug aan
boord hebben wij een grote rode ton
gevuld met water neergezet voor Fiep. Het liep anders dan wij gedacht
hadden. Er klonk opeens : “Ik ben de Juf
en jullie moeten raden of iets gaat drijven of zinken “. We konden nog net onze
telefoons redden, maar verder is alles in de waterton terecht gekomen. En je
krijgt een kijkje hoe het op de crèche er aan toe gaat en dat Fiep graag Juf speelt!
NEVERS PLAGE
Wij zijn van Chitry naar Nevers gevaren. Een vaste bewoner van die haven was zo aardig om mij naar Chitry te rijden om mijn auto op te halen. Nadat de boot opnieuw gefoerageerd was hebben wij de auto terug naar Aalsmeer gebracht. Een paar dagen later reden Noortje, Robbert en natuurlijk Fiep ons terug in hun auto naar Nevers. Varen en sluizen met een driejarige aan boord leek ons geen goed idee. In een dode arm van de Loire was het zand omgetoverd tot Never Plage, je kon het water in en er waren zelfs twee strandwachten. Met een schepje, emmertje en een bootje was Fiep erg tevreden en iets verder op hebben wij haar geleerd platte steentjes te keilen over het water. Het bootje moest en zou zinken. En kijk eens op de brug ! Lopen daar niet Rafa met hun baasjes Cees en Marry ? Eindelijk ontsnapt aan de Spaanse lockdown op weg naar Nederland kwamen zij bij ons langs in Nevers.
LES VOÛTES DE LA COLLANCELLES
Na het Canal du Midi is het Canal Nivernais het drukst bevaren kanaal van Frankrijk. Denk daarbij niet direct aan de Vecht bij ons op een zonnige zondagmiddag. Vooral in juli/augustus varen er huurboten, dat is meer lastig dan druk Het pand van het hoogste punt bij het meer van Baie door de Voûtes (gewelven) de la Collancelle is één van de mooiste stukken kanaal van Frankrijk. Het verbind het bekken van de Seine en de Loire met elkaar. Dwars door 4 km lang hardsteengebergte van Collancelle zijn 3 tunnels gegraven van 758 meter, 268 meter en 212 meter, verbonden met ‘openluchtspleten’. Als of er met een slijpsteen een V-vormige groeve is geslepen. Begroeid met mos en planten en boven op de randen grote bomen. Eind 18e eeuw hebben 1200 man hier met handwerk dit kunstwerk volbracht. De bouw heeft weliswaar 100 mensenlevens gekost, maar het resultaat is adembenemend mooi. De doorvaart wordt tegenwoordig geregeld met verkeerslichten want het is éénrichtingsverkeer, zo smal is het. De tunnels zijn niet verlicht en dat heb ik geweten. Zoals altijd controleer ik mijn schijnwerper, die deed het en daarna het rood/groen licht. Aan dat laatste heb je natuurlijk niet zo veel, maar het wordt wel vereist. Had ik dat maar niet gedaan, in fel zonlicht is moeilijk te zien of ze het doen. En uit fel zonlicht vaar je een donkere tunnel in met een schijnwerper…..die het niet doet ! In de verte zie je een wit stipje. Stoppen en binnen snel een zaklantaarn zoeken. De boot heeft helaas door deze manoeuvre krassen aan één zijkant. Met een sterke zaklantaarn ging het verder goed, Achteraf bleek in het rode licht kortsluiting te zijn.. Een klusje voor van de winter dan maar. Men begrijpt dat er in de tunnel een pittige woordenwisseling plaats vond met Elsbeth om nou eindelijk het juiste knopje in te drukken ! De tekening bij dit verhaal heb ik uit nood zelf moeten maken !
ELSBETH HEEFT
NOG EEN WENSJE
Onze auto hadden wij nog ter
beschikking. En ondanks dat wij de Basiliek Saint-Marie-Madeleine vroeger al
een paar keer bezocht hebben, was het een wens van Elsbeth om dat nog een keer
te doen. Vézelay ligt 30 km van Chitry vandaan. Vorig jaar kwamen wij er langs.
De parkeerterreinen waren vol en overal
stonden touringcars geparkeerd. Doorrijden dus.
Wij waren dit jaar half juni net in Frankrijk en toeristen waren er amper, dé kans om Elsbeths
wens in vervulling te doen gaan. Rond
850 ontstond daar een Benedictijnenklooster, onder toezicht van Cluny. Een paar
honderd jaar later beweerden de monniken dat de beenderen van Maria Magdalena
naar Vézelay gebracht zijn vanuit Sainte Marie de la Mer in de Camargue. In die
tijd bestond door overlevering het
verhaal dat in Palestina destijds een
bootje de zee op is gestuurd met 3 Maria’s, de ‘echte’ , Maria Magdalena en een
Maria met donkere huidskleur. Deze laatste wordt in de Camargue door Roma-zigeuners daar nog altijd vereerd. Maar dat de relikwieën
van Maria Magdalena of hoe je dat ook wil noemen naar Vézelay gebracht zouden zijn maakte van dit stadje een groot
bedevaartsoord. Het werd ook een
beginpunt van de bedevaart naar Compostella. Het kerkje van de Benedictijnen kon deze toeloop niet aan,
er moest een grotere kerk komen, het begin van de beroemde Basiliek, die helemaal los kwam te staan van de invloed van
Cluny. Waar nepnieuws in vroegere tijden al toe kon leiden…. In 1120 brandde de kerk uit, meer dan duizend pelgrims kwamen om. De kerk
werd herbouwd, de pelgrims bleven komen. Later heeft Violet-le Duc de kerk
gerestaureerd in zijn huidige staat. Een parel van Romaanse architectuur. Daar stonden wij dan, alleen, midden in deze
prachtige kerk met stoeltjes op corona-afstand van elkaar en met nog 4 andere bezoekers… een belevenis die
wij niet snel zullen vergeten.